17 juli 2019

De Grote Vakantie

‘Ha buurman! Ja, ik ben er weer! Wat zeg je? Ja, zeven weken! Klopt, en óók nog die
andere vakanties…!’ Ach, nee, laat ik deze laatste column vóór de zomervakantie niet
weer beginnen met melding maken van iedereen die opeens weer zo jaloers is op het
vak van docent. En dat de vakanties nooit een reden kunnen zijn om dit vak te kiezen.
Of vertellen hoe stil en vreemd dat schoolgebouw voelt nu al die leerlingen eruit zijn.
Dus wat te doen? Terug naar vroeger dan maar eens. Als kind keek ik natuurlijk altijd
erg uit naar de zomervakantie. Het heette toen nog ‘De Grote Vakantie’. Je had wel
meer vakanties, maar deze telde pas echt. Voor je strekten zich zes lange lome weken
uit, overgoten met zon, zee, strand, zwemmen, ijs eten, laat naar bed. Eindeloos buiten
spelen, ook ’s avonds. Want dat mocht. Je hoefde tenslotte niet naar school de volgende
dag. En dan kon het leven opeens iets Mediterraans krijgen blijkbaar.
Tussen m’n tiende en pakweg dertiende jaar kocht ik aan het begin van De Grote
Vakantie altijd een paar van die basketbalschoenen. Die kocht je toen, merkloos, voor
een paar gulden en daar deed je dan precies zes weken mee. Na die tijd waren ze
volledig stukgevoetbald, uitgewoond en had je vanzelf ‘Air’ door de gaten die erin
kwamen. Op de middelbare school was er ook een Grote Vakantie. En…hij werd nóg
groter! Een weekje (of soms nog meer) erbij omdat je in het Voortgezet Onderwijs zat.
En er vielen al zoveel lessen uit! Nu kon je met je vrienden gaan kamperen buiten het
zicht van je ouders en had je het gevoel dat je nooit meer terug hoefde te komen.
(Sommige ouders hadden dat stiekem ook liever, maar ja, je moest wél weer een keer
naar school.) Het bijzondere is dat ik dezelfde weg volgde als werkend lid van deze
maatschappij. Tijdens mijn jaren als basisschoolleerkracht was er ook weer die Grote
Vakantie. Zeker in groep 8 had je het gevoel dat je na een ongelooflijk intensieve laatste
periode (schoolkamp, musical, afscheid) een soort van vrije val maakte in het
plotselinge Grote Niets. Alsof je net aan één zijde de Mount Everest had beklommen en
er aan de andere kant direct weer vanaf dook. In het Voortgezet Onderwijs merkte ik
dat de afbouw iets geleidelijker gaat. Na het laatste horror-nakijkweekend (vrouw en
dochters het huis uit gejaagd) kruip je uit je krat (nee, niet met bier) en volgt deze
‘soundbite’ van de laatste weken: Fantastische diploma-uitreiking/cijfers invoeren/
actiedag Edukans, leuke dag, veel geld opgehaald!/snelcursus ITS LEARNING, nieuwe
digitale leeromgeving/voorvergaderen/personeelsdag, erg gezellig!/ vergaderen over
de eindcijfers en overgang /activiteitendag op Bussloo (net geen zon die dag, maar
toch weer leuk)/revisievergadering/gezellig bowlen en eten met m’n mentorklas/
bezoeken kamplocatie aanstaand brugklaskamp/rapporten uitdelen, lieve cadeautjes
en kaarten ontvangen/koffie en gebak op laatste ochtend met mooie speeches en
emotionele momenten/afscheid nemen…
Ik ben erg trots óp en blij mét m’n collega’s, samen hebben we er een goed jaar van
gemaakt! En nu, GROTE VAKANTIE! Ik ga morgen gewoon een paar van die wannabeAllstars kopen. Net als vroeger.
Fijne vakantie!
Bert Jansen
Docent VC Twello