02 november 2016

Vaklesloos

Wat voor werk doe jij?’ ‘Ik ben docent.’ ‘Ah, dan geef
je dus les, leuk. Welk vak geef je?’ ‘Eh, Nederlands,
maatschappijleer en soms eh niets… of… van alles!’
In principe ben je als docent ingehuurd om les te
geven. Toch zijn er periodes waarin je het gevoel
hebt dat lesgeven in jouw vak(ken) niet meteen tot
de hoofzaak van je werk behoort. Periodes waarin je
met je collega’s met heel veel dingen tegelijk bezig bent.
Dingen die natuurlijk wel bij het onderwijs horen, maar het
lesgeven in één vak ontstijgen. De afgelopen week hielden we
weer twee ‘meeloopdagen’. Dagen waarop leerlingen uit groep acht een
dagdeel meedraaien op onze school. Met z’n allen maakten we er twee
prachtige dagen van. Mooi om te zien hoe verantwoordelijk onze eigen
brugklassers zich voelden in de voorbereidingen en de begeleiding van hun
oude school op de dagen zelf. Netjes op tijd zijn, klaar staan, klasgenoten
inlichten wanneer er iets even veranderd is in de planning. Het hele rooster
gaat op z’n kop op zulke dagen, dus er wordt van iedereen wat gevraagd.
Flexibiliteit bijvoorbeeld, want je neemt soms de les van iemand anders
over. Iemand die op dat moment zijn of haar zorgvuldig voorbereide
mini-les aan een groep acht geeft. Of jouw les is naar een ander moment
verplaatst. De roosters worden zo gepland dat onze bezoekers hun eigen
pauze hebben en dat die niet gelijk valt met die van die andere leerlingen.
Hetzelfde geldt voor de leswisselingen. Eigenlijk draai je twee scholen
tegelijk op deze dagen. Een topprestatie van onze roostermaakster, want
dat allemaal in elkaar laten passen is echt topsport. De dag na de tweede
meeloopdag begonnen weer twee activiteiten tegelijk: de toetsweek voor
de klassen vanaf het tweede leerjaar en het gloednieuwe project ‘Dit ben
ik!’ voor de brugklassen. Op het moment dat ik dit schrijf zitten we daar nog
middenin. Weer heel veel organisatietalent en flexibiliteit van alle (al dan
niet lesgevende) collega’s gevraagd. Een project draaien in een deel van de
school, terwijl in de rest van het gebouw stilte wordt gevraagd, is alweer
een uitdaging. Rekening houden met en begrip opbrengen voor elkaar.
En dat kan! Ook de ouders blijven niet gespaard deze dagen, want die
krijgen hun eigen kind met twee klasgenoten op bezoek bij het onderdeel
‘Puberruil VC!’ Terwijl een oudere broer of zus misschien zit te blokken voor
die toetsweek. Fijn dat we toch zoveel positieve reacties kregen.
Tijdens zulke weken heb je meer dan ooit het gevoel dat je samen de school
maakt. Leerlingen, ouders, docenten, onderwijspersoneel. En dat je niet
alleen een vakidioot bent (pardon my French), die zich slechts bemoeit met
z’n eigen lessen in z’n eigen lokaal. Laat ik gewoon weer eens iedereen
bedanken voor de inzet deze dagen: leerlingen, collega’s, ouders… bedankt,
top! Ik kreeg een paar weken terug een stagiair die lessen Nederlands
komt volgen en geven, oud-leerling van onze school. Gelukkig kon hij bij
een vakcollega de eerste lessen bijwonen (‘Leuk, laat maar komen hoor!’),
want bij mij zat dat er even niet in. Inmiddels heeft hij bij mij wel alle
brugklassers al leren kennen door het helpen bij de meeloopdag en het
brugklasproject. Zelden iemand al zoveel van z’n talenten en initiatieven
zien ontplooien in de eerste twee stageweken. Hij wil na de projectweek
het liefst meteen beginnen met zelf lessen geven, want tja, na een paar
van zulke hectische, afwisselende en vakoverstijgende weken schrik je niet
meer van lesgeven in één vak. En dan gaan we weer gewoon de vakidioot
uithangen en het naamwoordelijk gezegde aanleren.
Ook mooi. 
Bert Jansen
Docent Veluws College Twello