07 mei 2014

Voor(oor)delig

Na een bezoekje aan een basisschool in Deventer liep ik naar m’n auto in de parkeergarage.
Toen ik wegreed werd mijn plek ingenomen door een lange, witte slee, type P-bak.
Ik reed de garage uit en ging op weg naar basisschool nummer twee, aan de andere kant
van de stad. Opeens ging mijn mobiel. Het was mijn collega van de administratie.
‘Je portemonnee is gevonden…!’
Eén blik op de autostoel naast me en zinloos woelen in m’n jas- en broekzak en ik wist dat
ik ‘m inderdaad kwijt was. De vinder had z’n telefoonnummer doorgegeven aan mijn
school. Wauw! Ik heb eigenlijk nooit geld in m’n portemonnee, maar wel allerlei pasjes,
waaronder m’n bankpas en m’n rijbewijs. Ik was inmiddels aangekomen bij de betreffende
basisschool en had sowieso al een boete van €200,- aan m’n broek kunnen krijgen voor
het bellen tijdens het rijden en nog eentje erbovenop voor het niet kunnen laten zien van
m’n rijbewijs, want die zat dus in… Beetje dom bezig was ik wel.
Ik parkeerde mijn auto en belde de vinder, vanaf hier aangeduid als ‘V’. (Hij wil vast niet
dat ik z’n naam noem, denk ik inmiddels). V. nam op met een duidelijk buitenlands accent
en vertelde dat hij in de parkeergarage mijn portemonnee had gevonden. Na het vinden
van mijn schoolpasje had hij naar VC Twello gebeld. Ik bedankte hem in alle toonaarden
en vroeg waar hij nu was. Hij was nog in de stad. Vervolgens vroeg hij waar ik was en toen
ik dat vertelde, bood hij aan de portemonnee zelf even langs te brengen. Hij zou even
bellen wanneer hij er was. Tien minuten later onderbrak ik mijn gesprekje met de groep
acht leerkracht omdat V. gearriveerd was. Ik liep naar buiten en daar stond de eerder door
mij gesignaleerde witte P-bak, met daarnaast een indrukwekkende gestalte in kleurig
trainingspak, haar op rasta-wijze in een staart en er blinkte wat goud waar bij mij vooral
vullingen zitten. Hoeveel vooroordelen wil je op een rijtje? Oké, we doen de witte Nikes er
nog bij. Hij kwam breed lachend naar me toe, stelde zich voor en verontschuldigde zich
voor het feit dat m’n pasjes door elkaar lagen, vanwege het zoeken naar m’n naam. ‘Maar
alles zit er nog in hoor!’ Natuurlijk geloofde ik hem, geloof ik, en ik was al helemáál niet
van plan om ter plekke de inhoud te checken. Ik bedankte hem zeer uitvoerig en zei dat ik
niet kon geloven dat iemand zoveel moeite deed om… V. wimpelde alles af en zei dat hij
het zag als ‘een test van boven’. De dag ervoor had hij geld op straat gevonden en dat
direct gegeven aan degene die net van die plek wegliep. Wauw. Ik vroeg hem waar hij
vandaan kwam en hij bleek van Turkse afkomst. Of ik z’n adres mocht om ‘m iets te
brengen als dank? Wilde hij niets van weten. Ik drong aan en vroeg of hij van muziek hield.
‘André Hazes!’, was het antwoord. (Hoe geïntegreerd wil je het hebben?)
We praatten nog wat en namen afscheid met zo’n handdruk waarbij je de duimen in
elkaar haakt en de handen om elkaar vouwt. Rappers. Matties!
Een week later stond ik met een driedubbel-live-album van Hazes weer ergens in Deventer
op een parkeerplaats (rappers spreken af op parkeerplaatsen) naast die witte slee. (hoezo
P-bak?). Hij zei nogmaals dat het niet nodig was geweest. We praatten weer wat en bij het
afscheid was er weer die handdruk. En hij ging de volgende keer trakteren op een borrel.
Diezelfde avond een sms-berichtje (ik citeer letterlijk): ‘Bedankt voor u cado superleuk en
ieder keer als ik luister zal me goed doen omdat ik u heb geholpen fijne avond groetjes V.’
Wat heeft dit met school te maken? Niks. Maar ik heb het verteld bij maatschappijleer.
Omdat ik een beetje vond dat zelfs een docent van dat vak last kan hebben van
vooroordelen. Want ik vond het toch stiekem extra mooi en bijzonder dat HIJ het was…
Bert Jansen
Docent VC Twello